Vullen en archiveren van een zaakdossier: verschil tussen versies

Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 80: Regel 80:


Bij andere keuzes verandert de inhoud van de plaat, maar blijft de opzet vaak wel bruikbaar om te laten zien hoe die andere keuzes uitpakken. Dat betekent dat organisaties ook de eigen situatie, bestaand of gewenst, op de plaat kunnen afbeelden. Dat kan zelfs praktijkvoorbeelden opleveren die interessant zijn voor anderen. Met een tekstuele toelichting ontvangt KING die graag, voor meer inzicht op landelijk niveau in lokale situaties of voor - na overleg - zelfs een plek op deze GEMMA-wiki.
Bij andere keuzes verandert de inhoud van de plaat, maar blijft de opzet vaak wel bruikbaar om te laten zien hoe die andere keuzes uitpakken. Dat betekent dat organisaties ook de eigen situatie, bestaand of gewenst, op de plaat kunnen afbeelden. Dat kan zelfs praktijkvoorbeelden opleveren die interessant zijn voor anderen. Met een tekstuele toelichting ontvangt KING die graag, voor meer inzicht op landelijk niveau in lokale situaties of voor - na overleg - zelfs een plek op deze GEMMA-wiki.




----
----
Vragen, commentaar en andere reacties op deze pagina kunnen naar Adrie Spruit, proces- en informatiearchitect bij [https://www.kinggemeenten.nl KING] en bereikbaar op het e-mailadres [mailto:adrie.spruit@kinggemeenten.nl adrie.spruit@kinggemeenten.nl].<!-- Page revision date: 2016-06-05T19:57:52Z -->
Vragen, commentaar en andere reacties op deze pagina kunnen naar [mailto:gemmaonline@kinggemeenten.nl gemmaonline@kinggemeenten.nl] met een cc. naar [mailto:adrie.spruit@kinggemeenten.nl adrie.spruit@kinggemeenten.nl].<!-- Page revision date: 2016-06-06T13:15:51Z -->

Versie van 7 jun 2016 04:07


Eind 2011 publiceerde KING de Baseline Informatiehuishouding Gemeenten. In deel 2b stond de integratie van dossiervorming, archivering en zaakgericht werken centraal. Zo bevatte het een concept voor het vullen en archiveren van een digitaal zaakdossier. Dat concept is inmiddels aangescherpt met als resultaat een zestal regels en een nieuwe plaat.

De aanpak bij het vullen en archiveren van een zaakdossier is gebaseerd op een zestal regels.

  1. Alle werkprocesgebonden informatie die bij een zaak hoort wordt beschouwd als zaakinformatie.
  2. Zodra zaakinformatie beschikbaar is, wordt het digitaal opgeslagen en gebundeld in een bij de zaak horend zaakdossier.
    De behandelend ambtenaar bewaart dus geen zaakinformatie meer in een persoonlijke directory, ook geen conceptteksten waaraan nog gewerkt wordt. Dit voorkomt dat informatie uit beeld raakt of - erger - zelfs niet vindbaar en toegankelijk is als bij bijvoorbeeld ziekte iemand anders het werk moet overnemen.
  3. Zodra uit de combinatie van inhoud en context van zaakinformatie volgt dat die informatie met die inhoud in aanmerking komt voor archivering, wordt het gearchiveerd.
    Hiermee wordt dus niet gewacht tot het afsluiten van een zaak. Dit voorkomt dat na het ontstaan van diverse versies van bijvoorbeeld een tekstdocument op enig moment niet meer duidelijk is wat daarvan wel en wat daarvan niet in aanmerking komt voor archivering.
  4. Zodra informatie in het zaakdossier niet langer van betekenis is voor de zaak en het ook niet als 'digitaal bewijs' van het handelen van de organisatie gearchiveerd hoeft te worden, wordt deze informatie verwijderd uit het zaakdossier en indien niet elders van belang ook vernietigd.
    Ook hier geldt dat uitstel gemakkelijk leidt tot onduidelijkheden op een later moment over versies, hun betekenis en hoe daarmee om te gaan wat betreft wel of niet bewaren.
  5. Bij het afsluiten van een zaak wordt alle dan nog niet gearchiveerde zaakinformatie in het zaakdossier óf alsnog gearchiveerd óf verwijderd uit het dossier en wederom indien van toepassing vernietigd.
  6. Zodra bij het afsluiten van een zaak het zaakdossier nog slechts gearchiveerde zaakinformatie bevat, wordt dit dossier als geheel ook gearchiveerd.
Wat verstaat we onder (digitaal) archiveren en een digitaal zaakdossier?[bewerken]

Onder digitaal archiveren verstaan we hier het opslaan van digitale informatie als documentatie en bewijs van het handelen van een organisatie en de daarbij gebruikte informatie, om deze vervolgens (wat betreft de content) ongewijzigd te bewaren ten behoeve van hergebruik, verantwoording, bewijsvoering, raadpleging in het kader van openbaarheid en/of om cultuurhistorische redenen.

De te archiveren informatie wordt daartoe opgeslagen:

  • met bevroren, niet meer wijzigbare, content (inhoud);
  • in een duurzaam digitaal formaat (bijvoorbeeld PDF/A);
  • met alle metagegevens die op basis van de Archiefwet én in het kader van duurzame toegankelijkheid nodig zijn;
  • met als statuskenmerk dat het archief is en dat het ook als zodanig bewaard en beheerd moet worden.

Onder een digitaal zaakdossier verstaan we hier de digitale bundeling van alle bij een zaak horende informatie.
Die bundeling ontstaat door zaakinformatie op te slaan met een gemeenschappelijk kenmerk, in de praktijk het zaaknummer. In principe is alle bij een zaak horende informatie dan terug te vinden, zelfs als die informatie - in een geïntegreerde omgeving en in de fase van behandeling van een zaak - verdeeld is over meerdere systemen. Denk daarbij aan tekstdocumenten in een DMS (Document Management Systeem), zaakgegevens zoals statusinformatie in een zaaksysteem of zakenmagazijn en reeds gearchiveerde zaakinformatie in een archiefsysteem. Door het labelen van al die informatie met een zaaknummer is toch sprake van een digitale bundeling, in zo'n geval ook wel benoemd als een virtueel zaakdossier.

Vullen van een zaakdossier[bewerken]

Het toepassen van de zes genoemde regels betekent dat een zaakdossier eerst gevuld raakt met zowel gearchiveerde als niet (of nog niet) gearchiveerde informatie. Een ontvangen aanvraag beschrijft een formele transactie en kan direct gearchiveerd worden. Maar de eerste versie van een concept-besluit bij een complexe zaak (dat is een bruikbaar voorbeeld om een en ander toe te lichten) zal vaak nog geen formele betekenis hebben. Die versie wordt ongearchiveerd opgeslagen in het zaakdossier om er vervolgens aan verder te werken. Wordt een versie van zo'n tekstdocument definitief of krijgt het op een andere manier een formele betekenis (denk aan een concept-besluit dat ter visie wordt gelegd), dan wordt zo'n versie wel gearchiveerd. Op die manier zal in eerste instantie zowel het niet- als het wel-gearchiveerde deel van het zaakdossier in omvang toenemen. Dit totdat naarmate de behandeling van de zaak vordert, meer en meer informatie of alsnog 'verhuist' naar het gearchiveerde deel of wordt verwijderd of verneitigd. Daardoor gaat vanaf een zeker moment het niet-gearchiveerde deel van het dossier ook weer in omvang afnemen.

Archiveren van een dossier[bewerken]

Uiteindelijk zal naarmate het moment van afsluiten van de zaak nadert, de omvang van het niet-gearchiveerde deel van het dossier richting nul gaan. Bij het afsluiten van de zaak móet dat ook daadwerkelijk nul zijn of worden. Want volgens regel 5 moet hetgeen dan nog niet gearchiveerd is, alsnog worden gearchiveerd of verwijderd en vernietigd. Zodra het dossier dan alleen nog maar gearchiveerde informatie bevat, kan het ook als geheel worden gearchiveerd. Dat komt dan neer op het 'bevriezen' van het zaakdossier als verzameling informatie. Daarna mag en kan in principe geen informatie meer aan het dossier worden toegevoegd of eruit verwijderd. Ook worden bij het archiveren van het dossier als geheel waar nodig nog metagegevens op zaakdossierniveau toegevoegd. Naast de zaak is daarmee ook het dossier afgesloten. Vervolgens wordt dit als geheel bewaard en beheerd en bij een niet blijvend te bewaren dossier ook als geheel vernietigd aan het eind van de voor het dossier geldende bewaartermijn.
Hiermee is het verhaal verteld dat de plaat in figuur 1 visualiseert.


1 Vullen archiveren zaakdossier 2014m09d06 pl en legenda.png

Figuur 1: Het vullen en archiveren van een zaakdossier.


De plaat in figuur 1 laat zien hoe in eerste instantie zowel het niet- als wel-gearchiveerde deel, respectievelijk het rode dynamische deel en het groene deel van het dossier in omvang toenemen. Totdat er informatie gaat 'verhuizen' van het rode naar het groene deel en tussentijdse werkversies worden verwijderd en 'verdwijnen' naar het grijze deel (voor verwijderde/vernietigde informatie) in de plaat. Is de zaak vervolgens eenmaal afgesloten en is alles gearchiveerd, dan resteert nog slechts inhoud in het groene deel. Het dossier als geheel is dan gearchiveerd.

Varianten[bewerken]

Op het hier beschreven concept zijn varianten mogelijk. Soms kiest men er bewust voor om het anders te doen. Maar niet zelden is de reden ook dat organisaties nog onderweg zijn richting goed digitaal informatiebeheer deze opzet nog niet volledig hebben geïmplementeerd.

Een nog vaak voorkomende variant is die waarbij zaakinformatie pas wordt toegevoegd aan het digitale zaakdossier als het een te documenteren betekenis heeft gekregen en dus archiefwaardig is. De behandelend ambtenaar slaat concepten waaraan hij/zij nog werkt, dan op in bijvoorbeeld de eigen persoonlijke omgeving met als gevolg risico's zoals benoemd bij regel 2.

Een geheel andere variant is die waarbij men wel alle zaakinformatie in het zaakdossier opslaat, dus ook conceptversies van tekstdocumenten, maar waarbij men daarna geen energie meer steekt in het zogeheten 'opschonen' van datzelfde dossier. Bij het afsluiten van de zaak gaat er dan bij wijze van spreken 'een strik om het geheel' en dat is dan het gearchiveerde dossier. Daarin zitten dan dus ook alle ooit ontstane werkversies van tekstdocumenten. Deze variant wordt wel eens verdedigd met de opmerking dat digitale opslagruimte tegenwoordig goedkoop is. Dat is juist, maar tegelijkertijd minder relevant dan de vraag of zo'n dossier wel beschouwd mag worden als zijnde 'geordend' in de zin van de Archiefwet. Hoe meer werkversies met geen formele betekenis in een dossier, des te lastiger zal het zijn om de versies die tijdens de behandeling van de zaak wel een formele betekenis kregen, terug te vinden indien dat later nodig is.

Nog weer een andere variant is die waarbij men wel alle zaakinformatie direct in het zaakdossier opslaat, maar waarbij men met het opschonen en archiveren van de inhoud wacht tot het moment van afsluiten van de zaak. Ook dat is niet ideaal, want bij uitstel neemt de kans op vergissingen toe bij het later alsnog bepalen wat weg kan en wat niet.

De plaat kan ook uitgebreid worden, bijvoorbeeld met wat er na het afsluiten van een zaak met het dan gearchiveerde zaakdossier gebeurt. Daarvoor zijn op dossierniveau handelingen in beeld zoals uitplaatsen, vernietigen en overbrengen:

  • het vernietigen van het dossier, bij niet-blijvend te bewaren dossiers, na het verlopen van de bewaartermijn op dossierniveau;
  • het overbrengen van het dossier, bij blijvend te bewaren dossiers, van een digitale archiefruimte naar een digitale archiefbewaarplaats;
  • het uitplaatsen van een dossier voorafgaand aan later vernietigen of overbrengen.

Figuur 2 toont hoe dergelijke op het gehele dossier gerichte handelingen een plek kunnen krijgen in de plaat.


1d Vullen archiveren uitplaatsen vernietigen zaakdossier 2016m02d05s.png


Figuur 2: Het vullen en archiveren van een zaakdossier plus uitplaatsen en later vernietigen.

Zie deze pagina voor meer varianten.

Stel niet uit[bewerken]

De eerste rode draad in hetgeen hier beschreven is, is: stel handelingen niet uit als eenmaal duidelijk is wat er moet gebeuren. Hoe langer de organisatie daarmee wacht, des te groter wordt de kans op vergissingen bij het later alsnog uitvoeren van die handelingen.

De tweede rode draad is: houd het overzichtelijk oftewel: bewaar en archiveer niet alles. Hoe meer informatie met geen of weinig betekenis in het dossier zit, hoe lastiger het is om later nog terug te vinden wat wel belangrijk is en was.

Praktijkvoorbeelden[bewerken]

Bij andere keuzes verandert de inhoud van de plaat, maar blijft de opzet vaak wel bruikbaar om te laten zien hoe die andere keuzes uitpakken. Dat betekent dat organisaties ook de eigen situatie, bestaand of gewenst, op de plaat kunnen afbeelden. Dat kan zelfs praktijkvoorbeelden opleveren die interessant zijn voor anderen. Met een tekstuele toelichting ontvangt KING die graag, voor meer inzicht op landelijk niveau in lokale situaties of voor - na overleg - zelfs een plek op deze GEMMA-wiki.



Vragen, commentaar en andere reacties op deze pagina kunnen naar gemmaonline@kinggemeenten.nl met een cc. naar adrie.spruit@kinggemeenten.nl.

Deze pagina is het laatst bewerkt op 7 jun 2016 om 04:07.