Objecttype KADASTRALE ONROERENDE ZAAK
| Informatiemodel | RSGB 3.0 |
|---|---|
| Herkomst | BRK |
| Definitie | Een geregistreerd goed waarvoor bij overdracht of vestiging van rechten inschrijving in de openbare registers van het Kadaster is vereist zijnde een KADASTRAAL PERCEEL of een APPARTEMENTSRECHT. |
| Herkomst definitie | VNG-R o.b.v. BRK |
| Datum opname | 9 april 2007 |
| Unieke aanduiding | Kadastrale identificatie |
| Indicatie abstract object | Ja |
| Definitie | Een geregistreerd goed waarvoor bij overdracht of vestiging van rechten inschrijving in de openbare registers van het Kadaster is vereist zijnde een KADASTRAAL PERCEEL of een APPARTEMENTSRECHT. |
Diagram
Overzicht attributen
| Attribuutnaam | Definitie | Type | Kardinaliteit |
|---|---|---|---|
| Kadastrale identificatie | Een door het Kadaster toegekende landelijk uniek nummer aan een kadastrale onroerende zaak. | NEN3610ID | 1..1 |
| Kadastrale gemeente | De KADASTRALE GEMEENTE waarin de KADASTRALE ONROERENDE ZAAK gelegen is. | KADASTRALE GEMEENTE | 1..1 |
| Aard cultuur onbebouwd | Een aanduiding voor de soort cultuur van het onbebouwde gedeelte van de onroerende zaak. | CULTUURCODE ONBEBOUWD | 0..1 |
| Aard cultuur bebouwd | Een aanduiding van het gebruik van een locatie en alles wat erin of erop staat. | CULTUURCODE BEBOUWD | 0..* |
| Datum begin geldigheid kadastrale onroerende zaak | De datum waarop de gegevens van de kadastrale onroerende zaak voor het eerst geldig zijn geworden. | DATUM | 1..1 |
| Datum einde geldigheid kadastrale onroerende zaak | De datum waarop de gegevens van de kadastrale onroerende zaak voor het laatst geldig zijn geweest. | DATUM | 0..1 |
| Kadastrale aanduiding | De unieke aanduiding van een onroerende zaak, die door het kadaster wordt vastgesteld. | 1..1 | |
| - AKR Kadastrale gemeentecode | AKR code voor de kadastrale gemeente. | AKR KADASTRALE GEMEENTECODE | 1..1 |
| - Appartementsrechtvolgnummer | Nummer dat het kadastraal object uniek identificeert als een appartementsrecht binnen het complex. | N4 | 0..1 |
| - Kadastrale gemeente | De officiële aanduiding van de kadastrale gemeente, deel van de kadastrale aanduiding van de onroerende zaak. | KADASTRALE GEMEENTE | 1..1 |
| - Perceelnummer | Het perceelnummer dat een geheel perceel of een complex uniek identificeert binnen de sectie. | N5 | 1..1 |
| - Sectie | De sectie die de sectie binnen de kadastrale gemeente uniek identificeert. | AN2 | 1..1 |
| Koopsom kadastrale onroerende zaak | Het in een ter inschrijving aangeboden stuk vermelde bedrag, waarvoor 1 of meer onroerende zaken zijn verkregen. | 0..1 | |
| - Bedrag | Het in een ter inschrijving aangeboden stuk vermelde bedrag, waarvoor 1 of meer onroerende zaken zijn verkregen. | TypeBedrag | 1..1 |
| - Koopjaar | Bedrag waarvoor belangrijkste recht van onroerende zaak is gekocht | JAAR | 0..1 |
| - Meer onroerend goed | Indicatie of de koopsom betrekking heeft op meer dan 1 kadastraal object. | INDIC | 1..1 |
| - Transactiedatum | Datum en tijdstip waarop een ter inschrijving aangeboden stuk, waarmee één of meer onroerende zaken zijn overgedragen, is ondertekend door de opsteller van het stuk. | DT | 1..1 |
| Landinrichtingsrente kadastrale onroerende zaak | Landinrichtingsrente is het bedrag waarmee de Onroerende zaak is belast in het kader van de landinrichtingswet. | 0..* | |
| - Bedrag | Het bedrag waarmee de Onroerende zaak is belast in het kader van de landinrichtingswet. | TypeBedrag | 0..1 |
| - Eindjaar | Het laatste kalenderjaar waarin de rente in het kader van landinrichtingswet nog verschuldigd is. | JAAR | 0..1 |
Overzicht relaties
| Relatienaam met kardinaliteiten | Definitie |
|---|---|
|
KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..*] heeft als voornaamste zakelijk gerechtigde PERSOON [1..1] |
De persoon die de voornaamste zakelijk gerechtigde bij een kadastraal object is. |
|
KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..*] heeft als zakelijk gerechtigde PERSOON [1..*] |
De persoon die zakelijk gerechtigde is bij een kadastraal object. |
|
KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..*] is ontstaan uit andere kadastrale onroerende zaak bij KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..*] |
De verwijzing naar andere KADASTRALE ONROERENDE ZAAKen waaruit de KADASTRALE ONROERENDE ZAAK is ontstaan. |
|
BENOEMD OBJECT [0..*] staat op of heeft ruimtelijke overlap met KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [1..*] |
De kadastrale (deel)percelen die het deel van het aardoppervlak gemeen hebben waar het BENOEMD OBJECT het aardoppervlak raakt c.q. doorsnijdt dan wel de kadastrale appartementsrechten die betrekking hebben op het BENOEMD OBJECT. |
|
KADASTRALE ONROERENDE ZAAK AANTEKENING [0..*] heeft betrekking op KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [1..1] |
De KADASTRALE ONROERENDE ZAAK waarbij de AANTEKENING geplaatst is. |
|
WOZ-OBJECT [0..*] bevat KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [1..*] |
De unieke aanduidingen van de KADASTRALE ONROERENDE ZAAKen opgenomen in de Basis Registratie Kadaster die geheel of gedeeltelijk deel uitmaken van het WOZ-OBJECT. |
|
ZAKELIJK RECHT [0..*] is mandelig met KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..*] |
De relatie tussen een KADASTRALE ONROERENDE ZAAK, ten behoeve waarvan een mandeligheid tot stand is gekomen (de hoofdzaak) en het ZAKELIJK RECHT, welke tot gemeenschappelijk nut bestemd is (het mandelig recht). |
|
ZAKELIJK RECHT [1..*] rust op KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..1] |
Een verwijzing naar de KADASTRALE ONROERENDE ZAAK waarop het ZAKELIJK RECHT betrekking heeft. |
|
ZEKERHEIDSRECHT [0..*] rust op KADASTRALE ONROERENDE ZAAK [0..1] |
De KADASTRAAL ONROERENDE ZAAK waarop een ZEKERHEIDSRECHT rust. |
Toelichting
Zie de catalogus BRK. Daarin is sprake van een ‘onroerende zaak’ zijnde een ‘perceel’, ‘appartementsrecht’ of ‘leidingnetwerk’. Geoordeeld is dat alleen de eerste twee objecttypen zodanig van belang zijn voor de gemeentelijke taakuitoefening dat zij deel moeten uit maken van het voorliggende referentiemodel. Zij zijn hierin gezamenlijk gemodelleerd als KADASTRALE ONROERENDE ZAAK.
In de BRK wordt de Kadaster identificatie onroerende zaak (hier: Kadastrale identificatie) als unieke aanduiding beschouwd Aangezien de gegevenslevering door het Kadaster hier nog niet op aangepast is hanteren we vooralsnog de Kadastrale aanduiding als unieke identificatie. In de BRK wordt een relatie naar het adresseerbaar object (verblijfsobject, standplaats of ligplaats) onderkend teneinde via een adres (nummeraanduiding) een kadastraal object te kunnen lokaliseren. Vanwege de uitbreiding in dit model naar gebouwde objecten en benoemde terreinen is deze relatie naar deze beide laatstgenoemde objecttypen gelegd. Niet alle kadastrale objecten komen qua ligging overeen met een gebouwd object of benoemd terrein. In die gevallen opteert de BRK om voor het aanduiden van de globale ligging gebruik te maken van een dichtbijgelegen adres i.c.m. de aanduiding ‘Bij’ of ‘Tegenover’ dan wel een locatieomschrijving met daarin de beschrijving van de locatie, veelal door middel van een woonplaatsnaam en een straatnaam. Beide wijzen van aanduiden van de locatie zijn hier opgenomen in Locatie-omschrijving zodat de relaties naar gebouwde objecten en benoemde terreinen alleen ruimtelijke relaties tussen de objecten betreffen. |