Objecttype STATUSTYPE
Informatiemodel | ImZTC 2.2 |
---|---|
Herkomst | VNG-R |
Definitie | Generieke aanduiding van de aard van een STATUS |
Herkomst definitie | VNG-R |
Datum opname | 1 juni 2008 |
Unieke aanduiding | Statustypevolgnummer |
Indicatie abstract object | Nee |
Definitie | Generieke aanduiding van de aard van een STATUS |
Diagram
Overzicht attributen
Attribuutnaam | Definitie | Type | Kardinaliteit |
---|---|---|---|
Statustypevolgnummer | Een volgnummer voor statussen van het STATUSTYPE binnen een zaak. | N4 | 1..1 |
Statustype-omschrijving | Een korte, voor de initiator van de zaak relevante, omschrijving van de aard van de STATUS van zaken van een ZAAKTYPE. | AN80 | 1..1 |
Statustype-omschrijving generiek | Algemeen gehanteerde omschrijving van de aard van STATUSsen van het STATUSTYPE | AN80 | 0..1 |
Informeren | Aanduiding die aangeeft of na het zetten van een STATUS van dit STATUSTYPE de Initiator moet worden geïnformeerd over de statusovergang. | INDIC | 1..1 |
Statustekst | De tekst die wordt gebruikt om de Initiator te informeren over het bereiken van een STATUS van dit STATUSTYPE bij het desbetreffende ZAAKTYPE. | AN1000 | 0..1 |
Toelichting | Een eventuele toelichting op dit STATUSTYPE. | AN1000 | 0..1 |
Datum begin geldigheid statustype | De datum waarop het STATUSTYPE is ontstaan. | DATUM | 1..1 |
Datum einde geldigheid statustype | De datum waarop het STATUSTYPE is opgeheven. | DATUM | 0..1 |
Checklistitem statustype | Te controleren aandachtspunt voorafgaand aan het bereiken van een status van het STATUSTYPE. | 0..* | |
- Itemnaam | De betekenisvolle benaming van het checklistitem | AN30 | 1..1 |
- Toelichting | Beschrijving van de overwegingen bij het controleren van het aandachtspunt | AN1000 | 0..1 |
- Verplicht | Het al dan niet verplicht zijn van controle van het aandachtspunt voorafgaand aan het bereiken van de status van het gerelateerde STATUSTYPE. | INDIC | 1..1 |
- Vraagstelling | Een betekenisvolle vraag waaruit blijkt waarop het aandachtspunt gecontroleerd moet worden. | AN255 | 1..1 |
Doorlooptijd status | De door de zaakbehandelende organisatie(s) gestelde norm voor de doorlooptijd voor het bereiken van STATUSsen van dit STATUSTYPE bij het desbetreffende ZAAKTYPE. | 0..1 | |
- Periode-eenheid | De tijdseenheid waarin een periode wordt uitgedrukt | periodeEenheid | 1..1 |
- Periodeduur | Het aantal tijdseenheden van de doorlooptijd | N3 | 1..1 |
Overzicht relaties
Relatienaam met kardinaliteiten | Definitie |
---|---|
STATUSTYPE [0..1] heeft verplichte EIGENSCHAP [0..*] |
De EIGENSCHAPpen die verplicht een waarde moeten hebben gekregen, voordat een STATUS van dit STATUSTYPE kan worden gezet. |
STATUSTYPE [0..1] heeft verplichte ZAAK-INFORMATIEOBJECT-TYPE [0..*] |
De informatieobjecten van de INFORMATIEOBJECTTYPEn van het aan het STATUSTYPE gerelateerde ZAAKTYPE waarvoor geldt dat deze verplicht aanwezig moeten zijn bij een zaak van het gerelateerde ZAAKTYPE voordat de status van dit STATUSTYPE kan worden gezet bij die zaak. |
STATUSTYPE [0..1] heeft verplichte ZAAKOBJECTTYPE [0..*] |
De ZAAKOBJECTTYPEn die verplicht gerelateerd moeten zijn aan ZAAKen van het ZAAKTYPE voordat een STATUS van dit STATUSTYPE kan worden gezet. |
STATUSTYPE [1..*] is van ZAAKTYPE [1..1] |
Het ZAAKTYPE van ZAAKen waarin STATUSsen van dit STATUSTYPE bereikt kunnen worden. |
ROLTYPE [1..*] mag zetten STATUSTYPE [0..*] |
De STATUSTYPEn die een betrokkene in een rol van dit ROLTYPE mag zetten. |
Toelichting
Zaken van eenzelfde zaaktype doorlopen alle dezelfde statussen, tenzij de zaak voortijdig beeëindigd wordt. Met STATUSTYPE worden deze statussen benoemd bij het desbetreffende zaaktype. De attribuutsoort ‘Doorlooptijd status’ is niet bedoeld om daarmee voor een individuele zaak de statussen te plannen maar om geïnteresseerden informatie te verschaffen over de termijn waarop normaliter een volgende status bereikt wordt. |