Conceptueel en functioneel model informatiebeheer

Inleiding[bewerken]

Op de pagina De kanteling van archief- naar informatiebeheer is het aandachtsgebied Informatiebeheer gepositioneerd en afgebakend aan de hand van het eenvoudig conceptueel model, hier weergegeven in figuur 1. Daarin is ontsluiting naar de burger als klant en ontsluiting naar de gehele maatschappij in het kader van de openbaarheid van overheidsinformatie wel benoemd, maar nog niet ingetekend. Onder andere die detaillering wordt op deze pagina toegevoegd, met als resultaat een uitgebreider model op nog steeds conceptueel niveau. Daarna volgt voor het aandachtsgebied informatiebeheer ook een functioneel model op hoofdlijnen, getekend volgens de standaard architectuurtaal ArchiMate.


8 2 Conceptueel model informatiebeheer eenvoudig 2016m06d08.png

Figuur 1: informatiebeheer in relatie tot het werkproces.


Zoals al benoemd op de pagina De kanteling van archief- naar informatiebeheer geldt ook hier dat de werkprocessen in het model staan voor alle werkprocessen van de overheid, dus naast dienstverlening ook beleidsontwikkeling, beheer (van bijvoorbeeld een brug), sturing en ondersteuning.

Uitgebreider conceptueel model informatiebeheer[bewerken]

Hieronder het uitgebreidere conceptuele model.

8 3 Conceptueel model informatiebeheer PPniv 2016m08d01.png

Figuur 2: uitgebreider conceptueel model voor informatiebeheer.


Ontsluiten van overheidsinformatie[bewerken]

De belangrijkste aanvullingen in het uitgebreidere conceptuele model voor informatiebeheer betreffen het ontsluiten van overheidsinformatie.

Informatiebeheer ontsluit overheidsinformatie naar de op het verwerken en bewerken van inhoud gerichte werkprocessen. Via die werkprocessen, waaronder dienstverleningsprocessen, komt die informatie ook bij burgers, bedrijven en instellingen in de rol van klant terecht. Veelal is daarbij sprake van tweerichtingsverkeer. De overheid ontsluit informatie naar burgers, bedrijven en instellingen. Maar die leveren ook informatie zoals bij aanvragen en meldingen. De gele pijlen linksboven in de plaat staan symbool voor die inkomende en uitgaande informatiestromen.
Bij andere werkprocessen, zoals bijvoorbeeld beleidsontwikkeling, horen weer andere informatiestromen. Die zijn in het model niet allemaal uitgewerkt en ingetekend, maar voor de (relatieve) eenvoud hier aangeduid met links- en rechtsboven in het model de pijlen 'overige interacties'.

Bekeken vanuit één overheidsorganisatie zijn er ook in- en uitgaande informatiestromen van en naar ketenpartners. Die stromen beschouwen we in dit model als blijvend binnen de werkprocessen van de overheid als geheel en zijn hier niet ingetekend. Maar ze zijn wel aanwezig, zoals er ook binnen een organisatie informatiestromen zijn tussen en binnen afdelingen.

Niet alle informatiestromen naar partijen buiten de overheid lopen via de op het verwerken en bewerken van inhoud gerichte werkprocessen. Het rechtstreeks ontsluiten van eenmaal in bewaring genomen overheidsinformatie valt namelijk onder de processen voor informatiebeheer. Voorbeelden daarvan zijn:

  • het rechtstreeks naar de burger ontsluiten van persoonlijke gegevens, zoals via MijnOverheid;
  • het leveren van openbare informatie naar aanleiding van verzoeken in het kader van de Wet openbaarheid bestuur (de Wob), ook wel p[assieve openbaarheid genoemd;
  • het actief openbaar maken van openbare overheidsinformatie (eigenlijk het toegankelijk maken van openbare informatie).

De bijbehorende informatiestromen zijn in het model linksonder en rechtsonder ingetekend.
Zodra de burger in Mijnoverheid.nl gegevens gaat invullen, aanvullen of aanpassen, zoals bij het opgeven van een (ander) e-mail-adres, dan gaat het weer wel over op het inhoud gerichte verwerken en bewerken van informatie, waarna Informatiebeheer wederom zorgt voor het bewaren, beheren en ontsluiten van het resultaat.

Het voorgaande staat los van de vraag of bij zaakgericht werken binnen een organisatie ook sprake is van een zaak. Een Wob-verzoek moet in behandeling worden genomen. Daarvoor start dan een zaak. Dat zal niet het geval zijn als een burger op internet overheidsinformatie zoekt en dan informatie vindt die al actief openbaar is gemaakt. Het actief openbaar maken zelf is een grensgeval. Gebeurt dit door het handmatig uitvoeren van handelingen die de informatie op internet plaatsen of publiceren, dan kan men dat uitvoeren als een zaak. Wordt informatie volledig geautomatiseerd gepubliceerd of via internet ontsloten, dit aan de hand van metagegevens die beschrijven dat zo'n actie geautomatiseerd uitgevoerd kan worden, dan zal daarvoor geen zaak starten.

Toegangsbeheer

Bij het ontsluiten van overheidsinformatie hoort altijd een vorm van toegangsbeheer. In het voorbeeld van MijnOverheid moet de burger daarom inloggen met DigiD. Maar ook bij het openbaar maken van overheidsinformatie is sprake van toegangsbeheer. Want niet alle overheidsinformatie is openbaar. Toegangsbeheer organiseert dat onderscheid.

Functioneel model informatiebeheer[bewerken]

De conceptuele modellen in figuur 1 en 2 zijn feitelijk platen op Powerpointniveau. De volgende stap is het benoemen van functies, hier nog op hoog abstractieniveau, maar wel al vastgelegd volgens de architectuurtaal ArchiMate.
Daarbij:

  1. is voor de functies het ArchiMate-element bedrijfsfunctie gebruikt, dit omdat op dit abstractieniveau nog niet duidelijk is wat bij een verdere uitwerking wel en niet automatiseerbaar zal blijken;
  2. zijn de functies benoemd met Nederlandstalige werkwoorden;
  3. is op hoofdlijnen de modellering in lijn met het OAIS-model oftewel het model voor een Open Archival Information System zoals vastgelegd in onder andere de ISO-norm 14721:2012H[1].[2]
  4. zijn informatie en het begrip 'informatieobject' (een afgebakende eenheid van informatie) weergegeven met het ArchiMate-element 'data object'.

Het informatiebeheerdeel van het model bestaat uit de bedrijfsfunctie Informatiebeheer en omvat drie onderliggende bedrijfsfuncties:

  1. in bewaring nemen (van informatieobjecten);
  2. duurzaam bewaren en beheren (van informatieobjecten);
  3. ontsluiten (van informatieobjecten).

Dat levert het model op zoals getoond in figuur 3.

8 4 Functioneel model informatie en archiefbeheer 2016m06d21.png

Figuur 3: model op hoofdlijnen met de functies die invulling geven aan informatiebeheer


In dit model is het opslaan van informatie het resultaat van een samenwerking tussen het werkproces dat informatie in bewaring geeft en het aandachtsgebied Informatiebeheer dat informatie in bewaring neemt.

De functie 'Duurzaam bewaren en beheren' is gericht op het beschikbaar en toegankelijk houden van informatie.

De functie 'Ontsluiten' kan verdergaand worden uitgesplitst naar de subfuncties:

  • zoeken en selecteren van informatieobjecten;
  • weergeven van informatieobjecten (voor raadplegen);
  • leveren van informatieobjecten (voor verwerking of bewerking).

In het model zit in de combinatie van de op inhoud gerichte werkprocessen en de processen voor informatiebeheer een kringloop. Die begint in de op inhoud gerichte werkprocessen met het verwerken en bewerken van informatie. Daarbij komt nieuwe informatie beschikbaar. De informatieobjecten die dat oplevert, moeten duurzaam worden bewaard. Daarvoor worden deze vanuit het op inhoud gerichte werkproces in bewaring gegeven, na het daarvoor aanroepen van de bedrijfsfunctie 'In bewaring nemen'. Die functie maakt informatieobjecten gereed voor duurzaam toegankelijk opslaan, waarna dat ook gebeurt, gevolgd door 'Duurzaam bewaren en beheren'. De functie 'Ontsluiten' tenslotte zorgt dat de in bewaring genomen informatie gevonden en gebruikt kan worden, onder andere in de op inhoud gerichte werkprocessen, waar de kringloop verder gaat.

Applicaties[bewerken]

Hoe vertaalt het voorgaande zich naar applicaties?
Het model gaat uit van een afgebakend aandachtsgebied voor informatiebeheer met daarvoor specifieke applicaties zoals voor documentenbeheer (DMS), voor archiefvorming en -beheer (archiefsysteem) en een e-Depot met ook functionaliteit om de toegankelijkheid van langdurig te bewaren informatie in stand te houden.
Op dit moment zien we twee ontwikkelingen. De eerste is het concentreren van opslag in een centraal systeem zoals het e-Depot met onder andere de variant waarbij deze functioneert als een brede opslagfunctie. De andere ontwikkeling is de keuze om in specifieke situaties zelfs gearchiveerde informatie in vakapplicaties te laten zitten, met als belangrijkste reden de complexiteit van specifieke opslagformaten die problematisch zijn voor archiefsystemen en ook e-Depots. Die twee ontwikkelingen lijken tegenstrijdig. Dat is minder of zelfs niet het geval als wel alle metagegevens van te bewaren informatie in een centraal systeem worden opgeslagen. Als dat de richting wordt, dan ontstaat een stelsel van systemen voor het bewaren en ontsluiten van informatie met centrale regie en bovendien een centrale ingang om alle opgeslagen informatie terug te kunnen vinden. Belangrijk daarbij is dat het inrichten van zo'n omgeving gebeurt op basis van een duidelijk en organisatiebreed concept voor informatiebeheer.



  1. Deze ISO-norm is slechts tegen betaling verkrijgbaar, maar op internet zijn ook gratis documenten over het OAIS-model te vinden zoals het Magentabook 2012].
  2. Het OAIS spreekt niet expliciet over bedrijfsfuncties of applicatiefuncties, de elementen die in ArchiMate voor functies beschikbaar zijn, maar van 'functional entities';


Reacties[bewerken]

Vragen, commentaar en andere reacties op deze pagina kunnen naar gemmaonline@vng.nl.

Deze pagina is het laatst bewerkt op 5 okt 2023 om 02:50.